Machine wijzigingen en het effect op de CE
Weet u het effect van het wijzigen van een machine op de CE-markering? Nee?
Dan bent u niet de enige. Zelf ben ik al achttien jaar werkzaam als veiligheidskundige en tot voor kort wist ik het ook niet. Mijn afstudeerscriptie over dit onderwerp is als voldoende beoordeeld om mijn Hogere Veiligheidskunde diploma te halen. Tijdens de verdediging ervan bleek er nog voldoende discussie mogelijk. De wetgeving hierover is complex, wat blijkt uit lijvige handleidingen die geschreven zijn ter verduidelijking. Wanneer je een CE-markering op een machine mag aanbrengen staat beschreven in de Machinerichtlijn. Wat je moet doen als je een machine wijzigt, lees je daar echter niet 1-2-3 in terug.
De theorie, wat de wetgever beoogt
Bedrijven die een machine aanschaffen voor hun bedrijfs- of productieproces realiseren zich over het algemeen wel dat die aan “de CE” moet voldoen. Europese fabrikanten weten dit ook en de machines die zij leveren voldoen dan ook vaak aan de Machinerichtlijn en zijn voorzien van een CE-markering. Deze machines voldoen daarmee aan de essentiële minimale veiligheidseisen.
Het wordt al complexer als een bedrijf een machine van een fabrikant van buiten de EU koopt. Dan is het zaak dat degene die de machine invoert en/of in gebruik neemt binnen de EU, ervoor zorgt dat de machine aan de Machinerichtlijn voldoet. Hiervoor is het technisch constructie dossier van de machine nodig en de risicobeoordeling. Hieruit moet blijken dat de machine aan de essentiële minimale veiligheidseisen voldoet. Om deze documenten op te kunnen stellen is een nauwe samenwerking met de fabrikant noodzakelijk. De fabrikant moet immers de benodigde informatie beschikbaar stellen.
Minder bekend is, dat de Machinerichtlijn van toepassing is als een machine wordt gewijzigd. Niet alleen het gewijzigde of in te bouwen onderdeel moet aan deze richtlijn voldoen, maar ook moet de gehele machine opnieuw beoordeeld worden. Degene die de wijziging uitvoert is ervoor verantwoordelijk dat de gewijzigde machine nog steeds aan de Machinerichtlijn voldoet en dat de aangebrachte CE-markering opnieuw wordt bevestigd.
De praktijk
Bedrijven worden bij aanschaf van machines en arbeidsmiddelen, maar ook als zij machines aan hun gewijzigde behoeften aanpassen, geconfronteerd met complexe wet- en regelgeving. Voorbeelden hiervan zijn de Warenwet en de Arbowet met de daaronder vallende besluiten. Er wordt van hen verwacht dat zij in staat zijn om te bepalen of en zo ja, welke veiligheidsmaatregelen genomen moeten worden. Ook dienen zij te weten welke wetsartikelen en maatregelen gelden in hun specifieke situatie. Veel bedrijven vinden het lastig om op de juiste wijze invulling te geven aan het Warenwetbesluit machines en daarmee aan de Machinerichtlijn.
Zoals gezegd wordt bij de aanschaf nog wel gelet op de CE-markering van de nieuwe machine, maar als de machine wordt gewijzigd is de Machinerichtlijn vaak niet meer in beeld. ‘CE is toch alleen voor nieuwe machines?’, hoor je dan. Het antwoord op deze vraag is zowel Ja als Nee.
Belangrijk is te weten dat de regelgeving rond de CE-markering ook voor bestaande machines geldt en zelfs voor oude machines (van voor 1995; van voor het CE tijdperk). Telkens als een machine wordt gewijzigd komt de Machinerichtlijn in beeld. Zo kan het gebeuren dat een oude machine dusdanig ‘substantieel’ wordt gewijzigd dat deze alsnog onder de Machinerichtlijn komt te vallen en er alsnog een CE-markeringsprocedure moet worden gevolgd. Bij een dergelijke substantiële wijziging wordt gesteld dat er een nieuwe machine is ontstaan en de fabrikant van een nieuwe machine is ervoor verantwoordelijk dat de ‘nieuwe’ (gewijzigde) machine veilig is, voordat deze in de handel wordt gebracht of in gebruik wordt genomen.
Bij een dergelijke substantiële wijziging bestaat de kans bestaat op incidenten en/of ongevallen, omdat niet meer wordt voldaan aan de minimale veiligheidseisen.
Met het voldoen aan de ARBO-wet, hebben bedrijven minder moeite; het opnieuw uitvoeren van de (verdiepende) RI&E na een wijziging, is een meer geaccepteerde verplichting. De RI&E richt zich op de risico’s die voortkomen uit de opstelling in de bedrijfsruimte en de interactie met andere activiteiten die in het bedrijf plaatsvinden. Hiermee worden echter niet de risico’s als gevolg van een capaciteitsverhoging of een compleet ander gebruik van een machine geëvalueerd.
¬Een organisatie vervult verschillende rollen, als we het hebben over wijzigingen aan machines. Enerzijds als opdrachtgever van wijzigingen aan haar machines, net als bij de aanschaf van nieuwe machines, moet een organisatie/bedrijf zorgen dat aan het Warenwetbesluit machines wordt voldaan (de zgn. CE-markering). Dit laatste geldt ook als zij besluit de wijziging zelf aan te brengen: De organisatie neemt dan de rol van de fabrikant over. Anderzijds dient zij als werkgever te zorgen dat aan medewerkers ter beschikking gestelde machines aan de ARBO-wetgeving voldoen.
Hoe voldoet u wel aan de wet?
Om met betrekking tot de veiligheid van machines aan de wet- en regelgeving te (blijven) voldoen, dienen bedrijven bij wijzigingen (en aanschaf) van machines de volgende stappen te doorlopen:
- controleer of de wijziging nieuwe gevaren introduceert en/of bestaande gevaren en risico’s worden vergroot. Is dat het geval, dan is mogelijk sprake van een substantiële wijziging;
- onderzoek of aanwezige beveiligingen afdoende zijn voor het nieuwe of vergrote risico. Is dat niet het geval, dan spreken we van een substantiële wijziging en vervalt de aangebrachte CE-markering. De CE-markerings¬procedure dient dan (opnieuw) te worden doorlopen;
- vul het technisch dossier aan met de gegevens van de wijziging;
- voer van een risicobeoordeling uit om aan te tonen dat de machine aan de essentiële veiligheidseisen zoals genoemd in bijlage I van de Machinerichtlijn voldoet;
- neem zo nodig extra beveiligingsmaatregelen;
- voer na installatie een RI&E conform de Richtlijn arbeidsmiddelen uit;
- neem zo nodig extra veiligheidsmaatregelen voordat de gewijzigde machine aan de medewerkers ter beschikking wordt gesteld.
Vooral de stappen 1, 2 en 4 worden, zoals gezegd, meestal niet uitgevoerd bij een wijziging van een machine. Het flowschema bij dit artikel kan worden gebruikt om te bepalen of een wijziging substantieel is of niet.
De rol van Eerland Advies
Om te bepalen of uw machine aan de Machinerichtlijn en aan de Richtlijn arbeidsmiddelen voldoet kan Eerland Advies voor u de nodige risicobeoordelingen uitvoeren. Voldoet de machine, dan heeft u met het rapport een document waarmee u kunt aantonen dat u aan de zorgplicht om medewerkers in een veilige werkomgeving en met veilige machines te laten werken heeft voldaan. Als er afwijkingen worden geconstateerd dan heeft u een handzaam plan van aanpak waarmee u aan de slag kunt om alsnog aan uw zorgplicht te voldoen.
Wilt u uw machine aanpassen laat dan Eerland Advies van te voren bepalen of er sprake is van een substantiële wijziging, zodat u tijdig de benodigde stappen kunt ondernemen om aan de wet- en regelgeving te blijven voldoen.